Wat houdt castratie nu precies in?
Bij de castratie van de reu worden, onder volledige narcose, beide testikels verwijderd. Hierdoor wordt de spermaproductie stil gelegd en de productie van het testosteron verminderd. Binnen acht uur na de operatie vermindert de hoeveelheid testosteron terwijl het reeds geproduceerde sperma nog zeker 36 uur actief blijft.
Enkele effecten van castratie zijn:
Te dikke honden hebben ook meer kans op suikerziekte. Gevolgen voor de ontwikkeling van het skelet. De groeischijven sluiten later waardoor de honden langer doorgroeien. Dit heeft effect op de botten. Reutjes worden hoger, maar boeten in op hun breedte. De verlaging van testosteron is van invloed op de spiermassa. Vooral jong gecastreerde honden honden zullen minder spiermassa ontwikkelen dan wanneer ze intact waren gebleven. Dit alles kan effect hebben op het uiterlijk, de honden kunnen er enigszins slungelig, onvolwassen, uit blijven zien.
Veel reuen worden rustiger in hun gedrag, maar dan moet het gedrag echt seksueel georiënteerd zijn. In een enkel geval wordt de hond zelfs uitermate sloom. Castratie houdt echter niet automatisch in dat uw hond rustiger zal worden. Bij sommige honden merkt men totaal geen verschil in temperament.
Bij een deel van de honden verandert de vacht na castratie. Dit wordt dan ook wel een ‘castratenvacht’ genoemd. Het is mogelijk dat deze verandering blijvend is. Dit lijkt vooral tot uiting te komen bij de meer langharige hondenrassen, al dan niet met ondervacht. De vacht wordt wolliger en kan meer gaan klitten.
Holistische dierenartsen geven aan dat zij de honden het liefst zoveel mogelijk intact laten. Zij adviseren alleen te castreren als er een duidelijk aanwijsbare medische reden voor is, bijvoorbeeld een vergrote prostaat, tumoren aan de perianaalklier en soms ook voorhuid ontstekingen. Er zijn ook gedragsgerelateerde problemen die een castratie rechtvaardigen maar dan moet het gedrag echt seksueel georiënteerd zijn, bijvoorbeeld weglopen als er loopse teven in de buurt zijn. Onzeker gedrag zoals uitvallen naar andere honden verbetert vaak niet en kan zelfs verslechteren.
Vanuit de gedragstherapie wordt gezegd: Het is een onomkeerbaar proces met een behoorlijke impact. Het is een directe ingreep op de hormoonhuishouding van de hond. Hoewel castratie nog vaak gezien wordt als het middel tegen alle kwalen mag duidelijk zijn dat er, om enig succes van een castratie te kunnen verwachten, zeker sprake moet zijn van gedrag dat een (sterke) mate van hormonale aansturing kent.’ Hierbij moet men denken aan hyper-seksueel gedrag, niet meer willen eten, aanhoudend onrustig gedrag, ‘rijden’ op mensen en voorwerpen, en weglopen zodra er een loopse teef in de buurt is.
Aangezien dit soort gedrag door castratie vrijwel zeker verdwijnt, zou zij in die gevallen castratie adviseren. Bij agressie naar soortgenoten (en dan met name naar reuen) kan castratie een vermindering van het ongewenste gedrag opleveren. Is er echter daarbij sprake van aangeleerd gedrag dat zich heeft kunnen vormen tot een ingesleten gewoonte dan zal alleen het wegnemen van de hormonale aansturing tot dit gedrag niet de volledige oplossing bieden. Hetzelfde geldt voor agressie naar mensen. Bij agressie naar soortgenoten en mensen wordt eerst een chemische castratie geadviseerd.
Hiermee wordt de invloed van testosteron weggenomen en is in redelijke mate zichtbaar wat het effect van een chirurgische castratie zou zijn zonder dat een onomkeerbare ingreep is gedaan. Wanneer er sprake is van angst geïndiceerde agressie wordt castratie niet geadviseerd omdat door het wegnemen van het mannelijk geslachtshormoon een onzekere hond bepaald niet méér zelfzeker zal worden. Castratie kan het probleemgedrag verergeren.
Alternatieven
Hiervoor is geen narcose nodig. Zeker voor honden die een verhoogd anesthesie risico hebben is dit een uitkomst. De meest recente ontwikkeling is het implantaat “Suprelorin”. Suprelorin bevat de werkzame stof Desloreline, welke de werking nabootst het natuurlijke hormoon Gonadotrofine, of GnRH. Dit hormoon zorgt ervoor dat de productie van testosteron voor ongeveer een half jaar wordt stil gelegd, hoewel er ook een mogelijkheid is om dit met een ‘zwaarder’ (9,4 mg) implantaat op te rekken naar een jaar. Daarna kan er eventueel een nieuw implantaat worden ingebracht. Na het inbrengen geeft het implantaat voortdurend kleine hoeveelheden Desloreline af. Het is echter de vraag in hoeverre Suprelorin echt helpt bij agressie problemen.
De bijsluiter meldt: ‘Gegevens tonen aan dat behandeling met het product het libido van de hond zal verminderen, maar andere gedragsproblemen (bijvoorbeeld agressie bij reuen) zijn niet onderzocht’. Toekomstig onderzoek zal hier hopelijk meer uitsluitsel over kunnen geven. Er is helaas ook nog geen onderzoek gedaan naar het effect van dit middel op honden die de puberteit nog niet hebben bereikt. Het is daarom aan te raden te wachten met implantatie tot de hond de puberteit – meestal rond de tien tot twaalf maanden – heeft bereikt. Verder zijn er slechts weinig bijwerkingen bekend bij het gebruik van Suprelorin.
De enige bijwerking die genoemd wordt, is het optreden van een matige zwelling op de implantatieplek.
Op welke leeftijd?
Je kunt je afvragen in hoeverre dat ethisch te verantwoorden is. Heeft u er wel eens over nagedacht uw hond te castreren? Maar u weet niet of u wel de juiste beslissing maakt? Of u bent bang geworden van alle indianenverhalen? Wij hebben voor u een aantal overwegingen op een rij gezet. Castratie kan ervoor zorgen dat uw hond een aangenamer en minder dominante huisgenoot wordt. Wilt u zeker weten of castratie het gewenste effect heeft, dan kan een chemische castratie meer duidelijkheid verschaffen.
Castratie
Castratie is de meest gebruikte term voor de verwijdering van de testikels van de reu. Bij de teef wordt vaak gesproken over sterilisatie. Feitelijk is deze term niet juist en zouden we hier moeten spreken van castratie van de teef.
Castratie voor een aangenamer gezinslid
Zonder de bekende paringsdrang kan uw hond een aangenamer huisdier worden.
- Minder weglopen en geen ongewenste serenades meer.
- De gecastreerde reu produceert minder pussige uitvloeiing uit de penis.
- Heeft minder neiging in en om het huis een territorium af te bakenen.
- Gecastreerde honden zijn aanhankelijker en gemakkelijker in de omgang met mensen, maar ook met andere honden.
Castratie tegen dominantie kan ervoor zorgen dat uw hond rustiger en minder dominant wordt. Het kan, maar het hoeft niet! Wij mogen aangeleerd gedrag en gedrag als gevolg van mannelijk hormoon niet met elkaar verwisselen. Als u wilt weten of het gedrag aangeleerd of hormonaal is kunnen wij uw hond een injectie geven.
Deze injectie onderdrukt tijdelijk de productie van mannelijk hormoon. Gedraagt uw hond zich na de injectie zoals u dat graag zou willen, dan is castratie een goede optie. Is er geen verandering, dan kunt u beter met het gedrag van uw hond aan de slag!
Castratie voor een gezondere hond?
Daar waar bij teefjes in verband met de gezondheid geadviseerd wordt voor de eerste loopsheid te steriliseren, is er medisch gezien geen reden om een hond op jonge leeftijd te castreren. Op latere leeftijd kunnen er wel medische redenen zijn voor castratie. Prostaatproblemen, testikeltumoren en bepaalde tumoren aan de anus zijn daar voorbeelden van.
Castratie, sterilisatie en het fabeltje van overgewicht
Sommige honden kunnen de neiging hebben om wat in gewicht aan te komen na sterilisatie of castratie. Dit kan echter eenvoudig tegengegaan worden. Na de ingreep komt de stofwisseling op een lager niveau te liggen. Honden die dan hetzelfde blijven eten houden meer energie over wat opgeslagen kan worden in vet. Dit betekent dat een hond na sterilisatie of castratie gewoonweg minder voer of een voeder met een lager energiegehalte nodig heeft.
De risico’s
Aan de ingreep zijn eigenlijk geen risico’s verbonden. Castratie is een standaardingreep die onder algehele narcose gebeurt. Om het narcose risico tot nagenoeg nul te reduceren gebruiken de dierenartsen de modernste en veiligste methode en narcose-middelen van dit moment.
De ingreep
Castratie kan vanaf de leeftijd van 6 maanden. Er wordt een kleine snede voor het scrotum gemaakt, waarna de testikels verwijderd worden. Uw hond kan dezelfde dag weer naar huis. Er worden pijnstillers meegegeven voor de eerste dagen na de operatie. Door de kleine snede en de onderhuidse hechtingen is een vervelende kap meestal niet nodig. Indien de hond wel aan de wond gaat zitten en u er niet gerust op bent kunt u bij de dierenarts een kap lenen of kopen. Na 10 dagen wordt de wond gecontroleerd.
Kortom
Castratie kan ervoor zorgen dat uw hond een aangenamer en minder dominante huisgenootje wordt. Wilt u zeker weten of castratie het gewenste effect heeft, dan kan een chemische castratie meer duidelijkheid verschaffen.